maandag 14 mei 2012

Wundanyi


Kibwezi en Wundanyi
Voor meer fotos:
Zo, de eerste werkweek en het eerste weekendje weg zitten erop! Na een drukke eerste screeningsweek was het tijd om te genieten van een weekendje in de bergen van Taita. Omdat we op de eerste week de zaterdag nog vrij hadden besloten we om het er maar gelijk van te nemen want wie weet is dit een van de laatste keren dat we een heel weekend ‘vrij’ hebben.
Mijn werkweek was druk en leuk tegelijkertijd. Het vroege opstaan (5.50) was even wennen maar na een paar dagen ga je al vroeger naar bed en merk je dat je gemakkelijk wakker word. Vaak gaan we om 6.00 of 6.15 de deur uit om met een matatu naar de eerste school, Muusini, te gaan. Eenmaal aangekomen ontmoet je het hele team (de helft gaat met een andere auto) en kun je beginnen met het klaarzetten van de spullen. 

Bij Muusini staat er buiten een tent die voro het project is gebouwd. In de tent vind nu de screening plaats, straks de baseline metingen en weer later het uitdelen van de cassave. Iedere ochtend halen we alle banken, tafels en krukjes uit een klaslokaal en zetten we op zijn plek in de tent. Tafels voor de metingen, alle apparatuur, alle spullen voor het bloedprikken, registratie, verpleging, medicijnen, alles wat je voor de hele dag nodig hebt. Er zijn verschillende taken en iedere dag wisselen we af. Of helpen bij registratie, het inchecken van een kind, gegevens checken en de bijbehorende formulieren invullen en dan kun je de kinderen doorsturen naar de bloedafname. De bloedafname word gedaan door een aantal Kenianen die in het ziekenhuis van Kibwezi of Makindu werken.

Na de bloedafname worden de samples door de secretaresse (ook een van de taken) gebracht naar de analyse plek waar je of CRP metingen doet, of HB en malaria test. De ongeveer 100 kinderen die worden geprikt kunnen na het prikken een ontbijt halen om daarna naar de verpleger te gaan die ze de resultaten laat zien en ontwormingspillen uitdeelt. Waar nodig ook andere medicijnen mocht het kind ziek zijn of verhoogde of verlaagde waarden laat zien.

Met Laura op het terras van het Helsinki research institute in Wundanyi
Aan het einde van de screening moet alles weer opgeruimd worden. Alle apparatuur, banken, tafels enzovoorts gaan weer terug naar hun plek of worden in de auto geladen. Een groep gaat dan met de auto en een groep met de matatu terug naar Kibwezi. Eenmaal in Kibwezi moet er nog data ingevoerd worden en alle spullen nagekeken worden of er nog genoeg voorraad is voor de volgende dag. Bij Elise thuis worden de bloedsamples gecentrifugeerd en gescheiden voor de RBP metingen. Die worden over twee weken gedaan door iemand uit het ziekenhuis in Ede. Na zo’n dag gaan alle samples in het reuzevak met vloeibare stikstof om ze te bewaren. Dan zijn we allemaal klaar, kunnen we even stoom afblazen, eten, douchen en is het weer tijd om te slapen om de volgende dag weer fit te zijn.

Zo ziet mijn week er nu uit. Deze week is er een nieuwe school aan de beurt, Kithasyu. Een school met een gezellige sfeer en waar we in plaats van in een tent in een gebouw werken! Noemenswaardig verschil tussen deze twee scholen is dat bij deze school alle ouders zijn meegekomen met de kindjes en bij Muusini bijna niemand. Gek hoe dat in zo’n kleine regio zo sterk kan verschillen.

Op vrijdag waren we snel klaar met analyseren en gingen we na de lunch naar ‘de main road’ om vervoer te regelen naar Voi, vanwaar we op zaterdag naar Wundanyi wilden gaan. Zo gezegd zo gedaan en na ongeveer 10 minuten wachten stopte er een mooie vrachtwagen die ons uitnodigde om mee te rijden. We mochten op zijn bed zitten en met een reusachtig raam voor ons konden we drie uur lang genieten van een briljant uitzicht. Het is bijzonder om te zien hoe de natuur hier om de zoveel kilometer een ander aanzicht heeft. Van dor en vlak gaat het naar glooiend met veel bomen en bossen. Weer even later zijn er veel bergen en weer later bevind je je bijna in een soort jungle. Genieten dus. Voi ligt een stukje van de snelweg maar zodra we voet aan land zetten stopte er een Kenian wildlife conservation auto die ons met alle liefde naar het centrum wilde brengen. Top! In Voi hebben we een hotelletje gevonden, wat gegeten en een biertje gedronken in een van de barretjes.

De volgende ochtend vroeg gingen we opzoek naar een matatu die ons over de te hobbelige weg naar Wundanyi wilde brengen. We hadden een beetje pech met het weer want het was best bewolkt en het heeft de hele dag een beetje geregend. Wundanyi ligt hoog en is heel bosrijk, er staan veel naaldbomen in een jungleachtige setting. Tijdens het rondlopen kwamen we iemand tegen die ons wel wat van de omgeving wilde laten zien. We zijn die middag door de omgeving gehiked en het was echt mooi! Ook tof om even weer te kunnen klauteren, op rotsen klimmen en actief te zijn. Hij was erg met ons begaan en moesten op alle rotsen uitkijken of welke we wel en niet konden staan want sommige waren vervloekt. Daar gooiden ze vroeger misdadigers vanaf.. Gezellig verhaal dus.

Zondags was het weer duidelijk beter en was het uitzicht vanaf ons terras alles behalve slecht! Heerlijk ontbijten in het zonnetje zonder dat je smelt van de hitte. Het is op die hoogte aanzienlijk koeler dan in Kibwezi. We hebben ook nog een ‘skull-cave’ bezocht maar dat stelde eigenlijk vrij weinig voor. Midden in de bushbush stonden wat rotsen met daarin een aantal schedels. Wat ze precies voorstelden kan ik je niet vertellen want onze vriendelijke gids van de dag ervoor was ineens veranderd in een man met een flinke kater waar geen zinnig woord uitkwam.De rit naar Voi terug was echt prachtig, wat een uitzicht! Ik houd van bergen :). Donkere stukken, lichte stukken, hoge en lage bergen, heuvels, groen..

Helaas zijn weekendjes altijd kort dus moesten we weer op tijd terug naar Kibwezi. Nog even snel in Voi gestopt om te pinnen en kaas (kaas!) te kopen zodat we vanavond lekker pasta met mozarella kunnen eten! Weer een gelukstreffer qua vervoer want er ging uit Voi een megabus weg met te relaxte stoelen. Ze hadden zelfs een soort business class area, hilarisch. In Kibwezi stonden 10 kindjes fanatiek naar ons te zwaaien en te gillen en renden ze als malloten achter ons aan. Welkom thuis ;). We zijn ook nog in het huisje van Ann geweest, een van de research assistants. Ik ben geloof ik nog nooit in zo’n klein huis geweest. Nog kleiner dan mijn kamer, maar dat met alles erin! Koken deed ze buiten, hoe ze het er volhoudt is me een raadsel maar ze leek er wel tevreden mee. Ook daar werden we weer aangestaard door alle kindjes in de buurt. Een blanke zijn blijft hier heel bijzonder en je merkt goed dat alle Kenianen dat vinden.

Ondertussen leer ik steeds meer bij over de Keniaanse cultuur en gebruiken wat erg leuk is. Zaterdag zijn we uitgenodigd om te gaan eten bij Fatima. Zij werkt in een ander guesthouse hier waar een tijd geleden de studenten verbleven. Zondag gaan we eten bij de moeder van Daniel, hij is de manager van het guesthouse. Hij is jong, 23 ofzo en ook echt een idioot. Dit weekend belde hij me op, ooh Mariamu (mijn swahili naam, Ingrid blijft moeilijk).. Hij miste me zo.. Tja, wat moet je er mee? Zo christelijk als wat maar wel altijd gezellig. Ik kan me hier ongeveer een minuut buiten mijn kamer begeven voordat ik weer ergens ‘Mariamu’ hoor. Gelukkig zijn de andere mensen die hier werken wat rustiger ;).

Vanavond eten we taart want Marijke is jarig! De rest van de week screenen en wat het weekend gaat brengen weet ik nog niet. Wellicht terug naar de eerste school om de extra kinderen die zich hebben opgegeven te screenen. Misschien nog een zaterdag in deze school draaien en anders overdag chillen en ’s avonds uit eten.

Hoe gaat het in Nederland? Nog spannende dingen? Ik ben wel benieuwd J.




















Knuffels!

zaterdag 5 mei 2012

De eerste dagen Nairobi, lake Naivasha en Kibwezi


Lieve iedereen!

Ik leef nog! Heb ook eindelijk internet, duurt even, maar dan heb je ook wat. Hieronder genoeg te lezen en ik hoop ook snel wat foto's te kunnen uploaden. UPDATE: foto's staan onderaan!

Eenmaal aangekomen in Nairobi staat Gloria, een van de research assistants van de Universiteit van Nairobi me op te wachten. Samen ontbijten we wat en wachten we op Marijke om samen naar het hostel te gaan. Marijke komt helaas zonder koffers aan, maar ach. We zijn hier nog wel even dus dat moet goedkomen.

Die middag gingen we na wat gerust te hebben maar op pad om de binnenstad van Nairobi eens beter te bekijken. Al vrij snel worden we achterna gezeten door een aantal safarimannen. You want safari? Nee, liever niet. De rest van de dag worden we echt niet met rust gelaten maar met het zinnetje ‘if we want, we can find you’ bedaren de meesten en laten ze ons met rust. Niet alleen de safarimannen komen graag een praatje houden, eigenlijk best veel mensen die je tegenkomt willen even met je praten.

De eerste indruk is dat de meeste Kenianen vrolijk lachen en allemaal bereid zijn om je te helpen. Rondom de city market gingen we op zoek naar wat fruit en al snel worden we ergens een steegje ingestuurd om een portie heerlijk fruit te eten! En de Afrikanen maar lachen en Mzungu (blanke ) roepen!

Een aantal huwelijksaanzoeken verder zijn we terug gaan lopen naar het hostel om wat te eten, een biertje te drinken en te kletsen met de andere gasten in het hostel.

De volgende dag wilden we met een busje naar de stad, we moesten immers nog wachten op de bagage van Marijke en we konden maar beter iets nuttigs gaan doen. Nog geen twee meter buiten het hostel of een van de safarimannen stond al voor ons klaar! Ongelofelijk, ze schuilen echt in de bosjes ofzo. Wij weten het niet, maar vreemd is het wel! In de stad hebben we wat boodschappen gedaan en gegeken waar de matatu’s naar het noorden vertrokken zodat als we de koffers eenmaal hebben gelijk kunnen gaan.

Die avond zijn we naar een lokaal barretje gegaan bestaande uit wat golfplaten, tafels en heerlijk warm Tusker bier. We gingen hier met een Nederlander en een Australische man met een flinke reisbaard die werkelijk overal is geweest. Ik kon het moeilijk geloven maar op wat landen in Midden-Amerika, Macedonie, Albanie en Saoedie-Arabie had hij alles gezien. Ik begon dus met mijn lijstje: Congo, ja, Noord-Korea, ja, Groenland, ja ga ik naartoe, Antartica, ja, Bhutan, ja. Deze man is mijn held! Gelukkig is het wederzijds want als ik wat vragen begin te stellen over reizen in Pakistan wordt hij razend enthousiast en begint te vertellen over hoe geweldig het daar niet moet zijn om als vrouw rond te reizen omdat je dan zo’n ander beeld van het land krijgt. Zeker gezien ik volgend hem ‘tall, blond and beautiful’ was en me zo’n 600 keer verteld werd. Na meerdere mooie verhalen van Geert en Ian was het tijd om de golfplaten bar te verlaten en te gaan slapen. Maar niet voordat een Keniaan naar me toe kwam en vertelde hoe mooi mijn haar wel niet was en of hij het mocht aanraken. Nou vooruit dan ;).

Vrijdags kwam de bagage van Marijke er aan! ’s Ochtends een belletje dat ze in de buurt waren dus dat kon niet lang meer duren. Drie uur later waren ze er nog niet… Mensen leven hier duidelijk op Afrikaanse tijd en bijna is lang niet altijd bijna. Efficientie bestaat vast niet in het Swahili.

Na wat zoeken hebben we een te drukke, uitlaatgas-straat gevonden waar honderden matatu’s staan om je het hele land rond te rijden. Nadat we die naar Naivasha hebben gevonden zijn we gaan zitten en is het maar afwachten waar we uitkomen. Na 2 uurtje rijden kwamen we in Naivasha waar we moesten overstappen om vervolgens in het donker bij de Fisherman’s camp aan te komen waar we willen overnachten. We lopen op de tast want het is aardedonker en vinden op goed geluk iets wat op een receptie lijkt. Of ze ook hutjes voor ons hebben? Nee? Wat dan wel?

Oke, een tent. Nou dat is ook wel prima, ze hebben een restaurant en vanuit een ooghoek hadden we al gezien dat de banken er niet verkeerd uitzagen. We liepen met een van de mannen naar de tenten toen en stapten de eerste binnen. Die leek best prima, lekker knus, alleen lag er een klein plasje water in. Dat vonden we niet zo’n probleem, totdat we onze spullen er in gingen leggen en het begon te regenen. Ineens waren er overal kleine plasjes en zijn we snel de tent uit gegaan. Vooruit, nieuwe tent. Echt een topplan om te kamperen J. De nieuwe tent was nog iets knusser maar wel goed bestand tegen de regen. Matrasjes en dekens werden gebracht en nadat we onze spullen erin hadden gelegd konden we eindelijk op de chillbank plaatsnemen, blij dat we zijn aangekomen.

Na wat gegeten te hebben (heerlijke hamburger ipv droge bonen zonder smaak!) gingen we naar de tent om te slapen. Met matrassen waarvan je je afvraagt waarom ze er liggen want je voelt nog steeds de grond. Maar, al goed, je ligt, je bent droog en je bevind je op Afrikaanse bodem! Eigenlijk niets om te klagen dus. Al vroeg worden we wakker om te gaan fietsen naar een zogenoemd crater lake en onderweg worden we verrast door allerlei wild. Een zebra! Een giraffe! Dat was echt supertof om die dieren zomaar in het wild te zien. Je hoeft niet eens naar een wildpark toe! Na 30km fietsen op onze kromme zadels en wegen vol plassen komen we aan, wandelen we een stuk en maken ons na de lunch weer op om het stuk terug te fietsen.

De volgende dag bezochten we Hell’s Gate NP en met een zon, onduidelijke bordjes en drie keer hetzelfde rondje fietsen om vervolgens toch maar naar de juiste weg te vragen besloten we dat dit park zijn naam eer aan doet. Het was wel supermooi, weinig wild, maar wel een mooi Maasai dorp bezocht.
Na het laatste stukje van de helse tocht kwamen we weer aan bij Fishermans, we besloten om hier uit te rusten in plaats van in het drukke Nairobi en boekten nog een nachtje de tent. We mochten dezelfde hebben en alle spullen lagen er nog in dus die avond konden we er zo inspringen.
Na wat gelegen te hebben op ‘onze’ bank wilde Marijke eigenlijk nog gaan kijken of alles er inderdaad nog lag maar de luiheid was echter groter dan de wil om naar de tent te lopen.
Na wat gespeculeer over nijlpaarden aan wal en een bizar verhaal gelezen te hebben in mijn boek over Papoea, stammen, moorden, achtervolgingen, verzet en ander minder fijne onderwerpen besloten we om te gaan slapen. Alle spullen verzamelen, tandjes poetsen en op de tast lopen we naar de tent. Heerlijk, lekker liggen en onze pijnlijke billen laten rusten. Dan, we risten de tent open en horen ineens een soort gegrom! Hello klinkt er in een niet al te vrolijke mannenstem. Wat! Er ligt iemand in onze tent! Gillend als twee debielen doen we flink wat stappen achteruit en lopen snel naar de office om een andere tent te vragen. Blij dat Marijke niet in haar eentje is gaan kijken! Brr. Gelukkig zijn alle medewerkers bij Fishermans ontzettend vriendelijk en staat er binnen no time een nieuwe tent, met matrasjes en dekens waar we heerlijk in hebben geslapen.

Nu ben ik al een paar dagen in Kibwezi en het valt me alles mee! De accommodatie is prima, het eten lekker en de mensen die hier werken zijn echt grappig. Kan ontzettend goed met ze lachen en met een van de opscheppers moet ik zo een rondje gaan hardlopen. Het zal me benieuwen of hij zijn stoere woorden kan nakomen. Ik heb ook al een Swahili naam gekregen: Mariamu, oftewel, Maria. Ik ben natuurlijk zo’n heilige boon ;). We zijn ook naar een van de scholen geweest en Elise geholpen met de voorbereidingen voor de screening die maandag van start gaat. De kindjes die ik tot nu toe heb gezien zijn ontzettend lief, bang en goed afgericht door de leraren. We hebben nu een eerste groep uitgenodigd om maandag naar school te komen voor de eerste metingen. Ze komen met hun moeders en na de metingen krijgen ze een ontbijtje. De komende drie weken doen we iedere week een andere school waar we best druk mee zullen zijn. Zes uur in de ochtend vertrekken, alles in orde maken, testen draaien en in de middag naar huis om alvast de data in te voeren en spullen voor de komende dag klaar te leggen.

Kibwezi bevalt me tot nu toe dus goed. Alles gaat ontzettend niet soepel, alles duurt lang, maar het is ook wel prima. Ik kan me nog goed bezighouden met de andere meiden, Laura is vandaag ook aangekomen om het team compleet te maken. We gaan vanavond ook ‘het dorp’ in om biertjes te drinken want in ons guesthouse serveren ze geen bier. Wel overheerlijke andere drankjes en gerechten voor wat wij een schijntje vinden. Om een voorbeeld te noemen van iets wat lang duurt. Rond 8 uur vertrekken naar Muusini Primary om 40 kinderen uit te nodigen zodat ze maandag met hun moeder naar school komen. Alle docenten erbij, kinders uit de klasjes halen en op de terugweg een matatu zoeken. Maar het was market day en alle matatus zaten vol dus konden we nog wel een paar uur zo blijven wachten. Gloria vond het de normaalste zaak van de wereld maar na 45 minuten was ik het beu en vroeg ik of we niet konden gaan liften. Zoveel vrachtwagens die naar ons seinden! Ze vond het niet zo’n top idee maar het mocht wel. Na een paar minuten stopte er een vrachtwagen en gillend van plezier renden we er met zijn vijfen naartoe. We mochten mee! Dat scheelde ons of 1,5 lopen of oneindig lang wachten. Om 2 uur waren we terug, gingen we lunchen en dat was dan alweer ¾ van je dag. Ongelofelijk maar zo Afrikaans :)